Eigenschappen van de linker hersenhelft
De meeste mensen gebruiken met voorkeur één deel van hun hersenen, te weten de linker hersenhelft. Deze bevat het lineair denken (opeenvolgend en lijnvormig), de logica (de betekenis/reden), het analytisch (het bestuderen van volgorde) vermogen en de verstandelijke functies of te wel begripsdenken genoemd. Bij begripsdenken of te wel volgtijdelijk/sequentieel denken verloopt het denkproces stap voor stap. Eerst wordt het één gedaan en dan het ander; eerst hoofdstuk 1, dan hoofdstuk 2, etc. Bij begripsdenken hoort het ordenen in tijd en in begrippen (bijv. alfabetisch). De agenda is een typisch voorbeeld van begripsmatig denken.
Bij begripsdenken is het ruimtelijk inzicht zwak. Begripsdenken is centripetaal, naar binnen bewegend. Het doel is om de zaken stil te leggen, opdat ze beschreven kunnen worden en gedachten en ideeën moeten kunnen worden herhaald. Vragen naar het waarom der dingen hoort hierbij. Woorddenkers hebben altijd een dominante linker hersenhelft. De rechter hersenhelft 'voelt en weet' terwijl de linker hersenhelft 'denkt en theoretiseert'. Mensen met een dominante linker hersenhelft houden van orde, regelmaat en structuur. Ze houden zich aan de regels, leren volgens het boekje, maken planningen en houden zich eraan. De Woorddenkers hebben alle eigenschappen en kwaliteiten die nodig zijn voor een succesvolle schooltijd. Ze komen op tijd, zijn niets vergeten om mee te nemen, hebben altijd hun dag/weektaak af, leveren op tijd hun werkstuk in, kunnen goed luisteren, zijn geconcentreerd, wiebelen niet op hun stoel, praten niet voor hun beurt, gaan graag naar school en vinden leren over het algemeen leuk.
De linker hersenhelft is goed in:
Het denken in woorden
Het overzicht hebben over hun financiën
Het schrijven van een goed boekverslag
Het leren in regelvorm
Het opruimen
het altijd op tijd zijn
Koken volgens een recept
Aller rust doorlezen van een gebruiksaanwijzing
'Regels zijn regels' en houdt zich hieraan
Volgens de boekjes leren
Stapgewijs onderbouwen van antwoorden
Het maken van een werkstuk
Het maken van een planning
Het zien van details en kan deze benoemen
taal | rekenen | schrijven | lezen | analytisch denken |
verbaal denken | volgtijdelijk denken en optreden | lijnvormige benadering | sterk verbaal uitdrukken | beschikt over grote woordenschat |
abstract denken | logisch redeneren | categorieën | begrippen onthouden | tijdbeleving |
namen onthouden | analytisch gerichte taken | woorden onthouden | stap voor stap werken | details |
praktijk | logica | organiseren | plannen | opruimen |
namen | realiteit | jaartallen | feiten | woorden |
patronen | leert vreemde talen vanuit het boek |